OVER TBS

De rechter kan de strafmaatregel tbs opleggen als sprake is van een ernstig delict, een stoornis ten tijde van het delict en gevaar voor de veiligheid van personen of goederen. Er zijn twee vormen van tbs: de tbs met voorwaarden en de tbs met dwangverpleging. De tbs met voorwaarden is een mildere vorm, waarbij de tbs-gestelde onder toezicht staat van de reclassering en behandeling ambulant/poliklinisch kan plaatsvinden. Bij de tbs met dwang vindt de behandeling plaats onder verantwoordelijkheid van een Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC), in de praktijk ook wel tbs-kliniek genoemd. De behandeling in een FPC bestaat uit therapie met aansluitend het resocialisatietraject, waaronder begeleid, onbegeleid, transmuraal en wellicht proefverlof.

Tbs met dwang is ongemaximeerd als de tbs is opgelegd voor een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van personen. Indien dit niet het geval is, kan er wel tbs worden opgelegd, maar is deze gemaximeerd tot 4 jaar.

Tijdens een strafzaak zullen gedragsdeskundigen de rechter adviseren over de psychische toestand van de verdachte, het recidivegevaar en over het al dan niet opleggen van tbs. Een dergelijk onderzoek wordt verricht door een psychiater en een psycholoog.  Dat kan ook tijdens een observatieperiode gebeuren in het Pieter Baan Centrum of in een andere kliniek.

Belangrijk in een strafzaak is de vraag of het onderzoek zou moeten worden geweigerd om zo te proberen de tbs te voorkomen. Het is niet zo dat door weigering de tbs-oplegging uitgesloten wordt. Ook op basis van andere informatie over de psychische toestand van de verdachte kan de tbs worden opgelegd. Het is daarom raadzaam voor een verdachte om tijdens de strafzaak, waarbij tbs een mogelijkheid kan worden, zich door een in tbs gespecialiseerde strafrechtadvocaat te laten bijstaan, ook om eventueel een contra-expertise door gedragsdeskundigen te verzoeken of te laten uitvoeren.

Bij alle vormen van tbs toetst de rechter periodiek of er nog sprake is van een stoornis en/of recidivegevaar. De rechter kan de tbs met twee of met één jaar verlengen en kan daarbij de tbs voorwaardelijk beëindigen of kan zelfs de tbs onvoorwaardelijk beëindigen.

Indien de rechter oordeelt dat het recidivegevaar voldoende is verminderd, zal de rechter de tbs met dwang voorwaardelijk beëindigen. De voorwaardelijk beëindigde tbs uitgesproken voor 1 januari 2017 kan maximaal 9 jaren verlengd worden. Door een wetswijziging kan echter de voorwaardelijk beëindigde tbs uitgesproken na 1 januari 2017 ongemaximeerd verlengd worden.

Ook gedurende de tbs-behandeling is het van belang voor de tbs-gestelde om zich te laten bijstaan door een in tbs gespecialiseerde advocaat. Dit houdt onder meer in het overleggen met behandelaren, het inschakelen van contra-expertise (psychiaters en psychologen), klachtprocedures bij de Commissies van Toezicht, en/of de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (bijv. separatie, beperking contact met de buitenwereld, dwangmedicatie, overplaatsing, longstay), het bijwonen van zorgconferenties of driehoekbesprekingen in het kader van het Manifest van Lunteren en ook voor medische tuchtklachten bij de Tuchtcolleges voor de Gezondheidszorg.